Plan: | Achtersloot 180 IJsselstein |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0353.201110Asloot180-On01 |
Onder de Wet op de Ruimtelijke Ordening is het Streekplan 2005-2015 opgesteld. In het Streekplan staat de gewenste ontwikkeling in een gebied of regio.
Nieuwe Wet ruimtelijke ordening
Op 1 juli 2008 is de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) vervangen door de Wet ruimtelijke ordening (Wro). De provincie heeft het ruimtelijk beleid ' Wro- proof' gemaakt, hetgeen beleidsinhoudelijk geen wijzigingen teweeg heeft gebracht. Dit is vastgelegd in 3 documenten:
1. Beleidslijn nieuwe Wro
2. Structuurvisie Provinciaal Belang
3. Uitvoering Beleidslijn nieuwe Wro
Het Streekplan 2005-2015 is vastgesteld door provinciale staten van Utrecht op 13 december 2004. Ten aanzien van functieverandering in het landelijk gebied is in dit streekplan het volgende bepaald:
"Ons beleid voor vrijkomende bebouwing is primair gericht op kwaliteitswinst door ontstening van het landelijk gebied via (gedeeltelijke) sloop van voormalige bedrijfsbebouwing, in combinatie met vervangende woningbouw (ruimte voor ruimte) of vestiging van niet-agrarische bedrijfsvormen. Daarbij gelden onder meer de volgende voorwaarden:
- omliggende agrarische bedrijven worden niet in hun bedrijfsvoering belemmerd;
- eventueel bijbehorende gronden blijven of komen beschikbaar voor de grondgebonden functies landbouw, natuur of recreatie, overeenkomstig de functie van het gebied;
- er wordt geen cultuurhistorisch waardevolle bedrijfsbebouwing gesloopt;
- een zorgvuldige landschappelijke inpassing is vereist, waarbij een beeldkwaliteitsrapport een nuttig hulpmiddel kan zijn.
Bij sloop van alle voormalige (cultuurhistorisch niet waardevolle) bedrijfsgebouwen, met een ondergrens van 1000 m², is de bouw van één extra woning mogelijk (ruimte voor ruimte). Het gaat hier om een extra woning, dus niet om een woning ter vervanging van de reeds aanwezige bedrijfswoning. Deze laatste moet(en) dan uiteraard ook een woonbestemming krijgen."
Op 21 september 2009 hebben Provinciale Staten van Utrecht de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV) vastgesteld. Op 23 december 2009 is de PRV gepubliceerd in het Provincieblad. Dit betekent dat de PRV een dag later op 24 december 2009 in werking is getreden.
Het doel van de verordening is provinciale belangen op het gebied van de ruimtelijke ordening te laten doorwerken naar het gemeentelijk niveau. Dat betekent dat de gewenste ontwikkelingen in een gebied of regio op deze manier veilig worden gesteld. De basis van de verordening is de Structuurvisie 2005 – 2015.
Artikel 4.9 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening bepaalt het navolgende over “Ruimte voor ruimte”, hetgeen geldt voor gehele landelijk gebied:
1. Een bestemmingsplan voor een gebied dat is aangeduid als 'Ruimte voor ruimte' kan bestemmingen en regels bevatten die de bouw van één nieuwe woning toestaan, mits alle bestaande voormalige, cultuurhistorisch niet waardevolle, bedrijfsgebouwen met een ondergrens van 1000 m² of, indien sprake is van een gebied dat is aangeduid als 'Extensiveringsgebied Reconstructieplan' 800 m² aan bedrijfsbebouwing ten behoeve van intensieve veehouderij, zijn gesloopt en omliggende agrarische bedrijven niet in hun bedrijfsvoering worden belemmerd. Artikel 4.3 “Woningen landelijk gebied” is van toepassing. De bouw van de nieuwe woning vindt plaats op het oorspronkelijke bouwperceel of aan de rand van een kern.
2. (…)
3. De toelichting op een bestemmingsplan als bedoeld in het eerste of tweede lid bevat een ruimtelijke onderbouwing, mede in relatie tot zonering van het landelijk gebied.
4. Gedeputeerde Staten kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in het eerste of tweede lid ter zake van:
a. de oppervlakte van te slopen bebouwing, mits is voorzien in een extra ruimtelijke kwaliteitsimpuls;
b. de vastgelegde inhoudsmaat voor woningen in het landelijk gebied van de op te richten woning of het aantal op te richten woningen mits aanzienlijk meer wordt gesloopt dan de aangegeven ondergrens;
c. de situering van de woning, mits is aangetoond dat een andere locatie in het landelijk gebied aanmerkelijk meer bijdraagt aan verbetering van de ruimtelijke kwaliteit.
Artikel 4.3 Woningen landelijk gebied [Geldt voor gehele landelijk gebied]
1. Een bestemmingsplan voor een gebied dat is aangeduid als 'Woningen landelijk gebied' bevat bestemmingen en regels die voorzien in een maximale inhoudsmaat van 600 m³ ten behoeve van bestaande woningen. (…)
2. In afwijking van de eerste volzin van het eerste lid kan een bestemmingsplan voor een gebied dat is aangeduid als 'Woningen landelijk gebied' bestemmingen en regels bevatten die het uitbreiden van een woning tot een inhoud van maximaal 800 m³ toestaan, mits uit een gemeentelijke thematische beleidsvisie blijkt dat een woning van een dergelijke omvang landschappelijk goed inpasbaar is.
3. De toelichting op een bestemmingsplan als bedoeld in het eerste lid waarin de bouw van bijgebouwen bij een woning tot een grotere oppervlakte dan 50 m² is toegestaan, bevat een ruimtelijke onderbouwing waarin een relatie wordt gelegd tussen de grootte van het bijgebouw en de grootte van het bij de woning behorende perceel en waarin de landschappelijke aanvaardbaarheid van deze bouwmogelijkheid wordt aangetoond.
In casu wordt geheel voldaan aan het provinciale beleid. Er wordt ruim 1000 m² aan vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing gesloopt; op het eigen perceel wordt de mogelijkheid geschept een nieuwe woning te realiseren welke voldoet aan de afmetingen voor woningen in het landelijk gebied; omliggende agrarische bedrijven worden niet in het ontwikkelingsmogelijkheden belemmerd; het perceel zal landschappelijk worden ingepast met gebiedseigen beplanting, passend bij de nieuwe woonfunctie.